Hans Kirk - Dagloners
OverzichtConditie | goed [1e pagina naam en datum] |
Aantal pagina`s | 274 |
Uitgavejaar | 1938 |
Uitgegeven door | N.V. De Arbeiderspers |
Kaft | blauwe hardcover met goudopdruk voorzijde en rug |
Stofomslag | ja [beschadigd] |
ISBN | niet bekend |
Code [intern] | SBNL2/CIT |
Beschrijving boek
Oorspronkelijke titel: Daglejerne
In Dagloners tekent de schrijver een ouderwets boerendorp in Jutland, een dorpje zoals er vele zijn, met zijn grote en kleine boerderijen, met zijn winkel, kerk en ook de herberg, waarvan wij de brandewijn ruiken. Het dorp kruipt op tegen de helling van de steile krijtberg, vanwaar men uitziet over de fjord. Hier leeft een mensenwereldje van boeren, keuterboertjes en dagloners. De lezer leert ze kennen als leefde hij onder hen, want heel hun leven is in deze roman met diepe ernst en liefdevolle humor kleurig en beeldend beschreven.
Een mislukte oogst en een strenge winter maken het voor de grote en kleinere boeren moeilijk de boel bij elkaar te houden, maar bij de dagloners gaat het dagelijks brood ontbreken. Dan brengt de bouw van een cementfabriek aan de krijtberg in dit wereldje een omwenteling te weeg. Er komen nieuwe mensen en grote, economische verschuivingen. Het leven krijgt een nieuw tempo. De dagloners worden industrie-arbeiders en in hun vroeger zo stille en bescheiden wereld komen nieuwe problemen met groot tumult dwingende aandacht vragen.