Fraudedossiers deel 2 - Hoe fraudeurs te werk gaan [2]
OverzichtConditie | redelijk [rug/hoekjes kaft kleine kale stootplekjes; vorm, binding en inhoud boek goed] |
Aantal pagina`s | 157 |
Uitgavejaar | 1985 |
Uitgegeven door | Gouda Quint bv |
Kaft | paperback [ongeplastificeerd] |
ISBN | 9060004132 |
Code [intern] | RIA18 |
Beschrijving boek
Door Dr. Mr. R.N.J. Kamerling RA en Drs. J.R. van Helvoort.
Dit boek biedt een keur van fraudezaken uit de beginjaren ’80. Aan bod komen:
De zaak De Sphinx en het faillissement van dit beleggingsbedrijf. Aangelokt door fantastische beloften van superwinsten investeerden honderden beleggers hun witte, grijze of zwarte geld in dubieuze transacties. Geraffineerd speelden malafide figuren in op de gretigheid van hun onvoorzichtige cliëntèle.
De zaak E.H. laat zien hoe een spontaan gegroeide vertrouwenspositie op een schandalige manier misbruikt werd.
De ‘Actie Muilkorf’, de ‘Haagse stratemakersfraude’ en de ‘Haarlemse bouwfraude’ zijn typerende voorbeelden van de inmiddels wellicht historie geworden koppelbazenfraude. Ze laten echter tevens zien dat de geschiedenis nog steeds haar sporen trekt.
Textielfraude, het ontduiken van quoteringen op de textielmarkt, wordt niet alleen om persoonlijk gewin bedreven. Deze fraudevorm wordt ook vaak als economisch of [handels]politiek wapen door staten in stelling gebracht.
De bezuinigingsrage heeft ook haar keerzijde. Besparingen op controle op de bedrijfsvoering zijn een nieuwe impuls gebleken voor bedrijfsfraude.
Subsidiefraudes richten niet alleen materiële schade aan, de immateriële schade - hoe onmeetbaar ook - is vele malen meer merkbaar.
Ten slotte vertelt een fraude-officier met welke mogelijkheden en onmogelijkheden het Openbaar Ministerie geconfronteerd wordt in zijn strijd tegen fraude.